In de toren van de kerk Maria Ten Hemelopneming bevindt zich een torenuurwerk. Het staat op de originele houten bok en wordt voor invloeden vanuit zijn omgeving (stof, vogelpoep) beschermd door een houten kast. Het uurwerk dateert uit de periode van omstreeks 1850 en wordt toegeschreven aan torenuurwerkmaker A. de Jong te Helvoirt. (Bron: tijdschrift ‘het Torenuurwerk’; september 2009, nr. 103; H. Wielinga). Het uurwerk is buiten bedrijf gesteld.
Het torenuurwerk staat in het Rijksmonumentenregister vermeld onder monumentnummer 16059 (als deel van de kerk) en valt onder de Monumentenwet 1988. Deze wet gold tot 01-07-2016 en heet nu Erfgoedwet. Later wat meer hierover.
In september 2009 is een rapportage opgemaakt over de staat van het uurwerk. Gebleken is dat het uurwerk niet meer compleet is, er ontbreken onderdelen zoals opwindtrommels en opwindrondsels. Ook zijn later een elektrisch opwindsysteem en synchronisatie motor aangebracht. Een en ander zou amateuristisch, niet veilig en niet deugdelijk uitgevoerd zijn. Restauratie van het uurwerk is weliswaar mogelijk maar de kosten zouden niet opwegen tegen de historische waarde van het uurwerk. (Bron: rapportage registratienummer 742; Stichting tot Behoud van het Torenuurwerk 2009; H. Wielinga)
Maar dan
Het is jammer dat een in wezen mooi industrieel torenuurwerk werkeloos in de toren staat zonder ook maar bewonderd te kunnen worden. Is er de wens en zijn er mogelijkheden om het uurwerk aan de onvermijdelijke vergetelheid te onttrekken? Zo ja, hoe zou dat dan moeten?
Een ding mag in ieder geval duidelijk zijn. Het uurwerk draagt een monumentenregistratienummer en daarom is er regelgeving van toepassing om op verantwoorde wijze werkzaamheden aan het uurwerk uit te mogen voeren. Dit heeft natuurlijk ook te maken met subsidieregelingen.
De regels voor restauratiewerkzaamheden staan omschreven in een brochure van de voormalige Rijksdienst voor de Monumentenzorg, ‘Mechanische torenuurwerken, Monumenten van techniek’. Even een greep uit deze brochure.
De basis voor restauratie begint met een keuze voor:
- handhaving van de gegroeide toestand, dan wel
- terugkeer naar een aantoonbaar, door onderzoek gedocumenteerde, eerder bestaande roestand
Een aantal restauratieprincipes volgens deze brochure zijn:
- een monument dient in zijn functie op zijn bedoelde plaats in stand gehouden te worden
- reparaties uit het verleden, mits deugdelijk uitgevoerd, worden niet gecorrigeerd
- ook na aanbrengen van een elektrisch opwindsysteem moet handopwinding mogelijk blijven
- documentatie van werkzaamheden, onderdelen en stappen van het restauratiewerk worden gedocumenteerd
- de resultaten van de werkzaamheden zijn reversibel
- onderdelen die zijn vervangen worden op locatie bewaard
De brochure vermeldt ook een aantal algemene restauratiewerkzaamheden zoals:
- werkzaamheden die in overleg met de gemeente, eigenaar en de voormalige Rijksdienst voor de Monumentenzorg mogen worden uitgevoerd, zonder vergunning conform art 11 van de Monumentenwet:
- het aanbrengen van een elektrisch opwindsysteem en automatisch gelijkzetsysteem
- reparatie aan tandwielen, rondsels, lagers, pennen, slagnokken
- en met vergunning conform art 11 van de Monumentenwet:
- het aanbrengen van een ander opwindsysteem
- het herstellen van de originele gewichtsaandrijving
- het reinigen en verven van onderdelen
- het herstellen van de wijzeraandrijvingen
- vergunningplichtig maar feitelijk niet gewenst door de Rijksdienst zijn:
- het installeren van een synchroonmotor (zodat het uurwerk synchroon loopt met de frequentie van het lichtnet)
- het installeren van een elektrisch slagwerk
- het buiten gebruik stellen van een uurwerk
- het vervangen van onderdelen, tenzij onontkoombaar
- niet toegestaan door de Rijksdienst is:
- stralen en zuurbaden waardoor materiaal wordt weggenomen
- lassen en boren in origineel materiaal
Gaat men over tot restauratie dan wordt een restauratieplan opgesteld in overleg met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg (voorheen) overeenkomstig de geldende richtlijnen. De gemeente en eigenaar zijn betrokken bij het vaststellen van de subsidiabele kosten.
Een restauratieplan bevat verder:
- een historisch overzicht, de naam van de maker, het bouwjaar, archiefstukken, beschrijving van uitgevoerde veranderingen in de loop der tijd
- een beschrijving van de huidige toestand, inclusief documentatie en tekeningen
- de uitgangspunten voor restauratie
- een omschrijving van werkzaamheden en toe te passen materialen
- een begroting op basis van offerte van een ervaren restaurateur
Inmiddels is er van overheidswege een en ander gewijzigd. De Rijksdienst voor de Monumentenzorg heet nu Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE).
Bij navraag bij de RCE geeft men aan dat de brochure waaruit ik geput heb verouderd is voor wat betreft de regelgeving. De vergunningplicht is wel gelijk gebleven. Ergens in de komende periode verschijnen er nieuwe brochures. Hier wordt momenteel aan gewerkt, zo werd mij verteld. Ik heb wel de naam van een contactpersoon bij de RCE waar ik met vragen terecht kan.
En wat wil Stichting Cultureel Erfgoed van Handel
Het bovenstaande geeft wel aan dat de restauratie van een torenuurwerk dat onder bescherming van de RCE valt, omvattend kan zijn. En aan het begin van deze samenvatting wordt gesteld dat een kostbare restauratie niet opweegt tegen de historische waarde van het uurwerk. Dilemma?
Omdat in het restauratieplan wordt aangegeven dat de uitgangspunten voor restauratie belangrijk zijn, ligt hier misschien toch een kans voor opwaardering van ons torenuurwerk.
Wat kunnen we in ieder geval doen? Misschien tijdens onze vergaderingen in de toekomst, wanneer de grootste drukte (grenspalen, boek, tentoonstelling, schilderijen) wat achter de rug is brainstormen en antwoord proberen te vinden op de vragen die zullen gaan komen:
- gaat ons uurwerk ooit nog zijn wijzers laten draaien en het slagwerk aansturen?
- willen wij het uurwerk terug in de oorspronkelijke staat en locatie?
- of poetsen wij het uurwerk alleen maar op zodat het er weer netjes uitziet?
- maar waar of hoe stellen wij het dan ten toon?
- en kan het uurwerk wel uit de toren voor restauratie?
- of doen we niets?
- toch eerst maar eens raad vragen aan een deskundige?